Vergelijkbare woorden van het woord planten zijn:
jongen, lanceren, flansen, gooien, kwakken, planten,...
werpen, smoren, naaien, planten, doodgaan, pikeren,...
planten
knol, schaar, wasdom, boom, hei, tarwe, weit, koren,...
fris, feut, noviet, vers, nieuweling, jong, planten,...
planten, zwemmen, inpoten, verpoten, plaatsen,...
werpen, slingeren, gutsen, planten, kogelen, schieten,...
aanzetten, dringen, planten, prikken, pikeren,...
doorhalen, planten, gispen, afkeuren, berispen,...
planten, poten, inplanten
nopen, aansporen, aanzetten, opwekken, dringen, stoken,...
planten, prikken, oculeren, enten, spruiten, scheuten,...
werpen, planten, naaldwerken, handwerktechniek,...
planten, schimpen, krenken, grieven, kwetsen, honen,...
planten, zetten
planten, aangrijpen, beetpakken, nemen, klampen,...
volgende